Bedelen
- Stefanie Bouckenooghe
- 23 jun
- 1 minuten om te lezen

Mijn allereerste eigen hond was Pebbles. Ik had lang voor haar gespaard en naar een hondje verlangd; en toen ik ze eindelijk mee kon nemen werd ze (over)verwend.
Destijds had ik nog niet veel kaas gegeten van hondengedrag en hun opvoeding.
Pebbles, echter, at wel veel kaas. Letterlijk. Een brokje van tafel? Daar zag ik geen graten in.
En ze werd het gewoon. Zo gewoon dat ze zich ook ging laten horen wanneer ik – op den duur – niet meteen een brokje van tafel gaf.
Bedelen, onder de vorm van onophoudelijk piepen. Redelijk irritant, dat zal je niet verwonderen. Dus, ik ging haar dat afleren. Gewoon negeren, dan leert ze het wel af. Maar dan had ik net een drukke dag gehad; en gaf ik toch een stukje want dan ging ze stil zijn en morgen nam ik de draad gewoon weer op.
Dat is niet goed uitgedraaid. Zelfs in die zin dat Pebbles op de duur begreep dat ze haar zin wel zou krijgen als ze maar genoeg piepte. En ze had gelijk.
Had ik toen maar geweten wat ik vandaag weet:
1. Consistentie blijft een must als je wil slagen.
2. Geduld, geduld, geduld.
3. Er is ook zoiets als positieve bekrachtiging bij gewenst gedrag.
4. Afleiding helpt, zeker in het begin.
5. Leer een nieuwe routine aan voor het moment dat je aan tafel zit.
6. Zoek hulp bij iemand die je kan helpen met tips die echt werken.
Bij ons bijvoorbeeld.
